Aantal personen: 16
Ingrediënten:
Ingrediënten:
– 2 bakjes aardbeien
– 2 bakjes frambozen
– 2 bakjes bosbessen
– 2 bakjes rode bessen
– 5 dl gesuikerde room
– 50 gr amandelschilfers
Tulpdeeg:
– 5 eiwitten
– 125 gram poedersuiker
– 100 gram gezeefde bloem
– 100 gram boter
Trappistenkaramel:
– 3 fl. Westmalle dubbel
– 3 el kandijsuiker
– 4 el fijne griessuiker
– 1 kaneelstokje
– mespuntje kardemon
Garnering:
– muntblaadjes
– amandelschilfers
Bereiding:
Tulpdeeg:
Doe alle ingrediënten voor het tulpdeeg in een kom en meng zachtjes zonder te kloppen. Laat het deeg een uurtje rusten. Strijk het deeg met behulp van een lepel in cirkels van 15 cm uit op twee beboterde bakplaten en bak de beide bakplaten met een paar minuten tussenruimte in ongeveer 4 minuten in een voorverwarmde oven van 180 graden.
De koekjes zijn gaar als de buitenrand lichtbruin gaat kleuren.
Leg, terwijl de bakplaat in de half open oven blijft staan, de koekjes op wijnglazen en vorm er één voor één bakjes van.
Karamel:
Doe voor de karamel alle ingrediënten in een pannetje en laat dit tot 1/3 inkoken. Plaats de karamel even in de koelkast en laat het snel afkoelen.
Vul de bakjes met wat bosvruchtjes, aardbeien, frambozen over en giet er halverwege wat geslagen room over. Laat er een takje rode bessen overheen hangen. Versier het gebakje met een takje munt en wat amandelschilfers, besneeuwd met poedersuiker.
Zet het bakje iets uit het midden op een plat bord in een spiegel van trappistenkaramel.