Aantal personen: 16
Ingrediënten:
Ingrediënten:
– 2 savooikolen
– 1 kg spruiten
– 16 kleine aardappelen
– 16 sneden Breydelspek (1/2 cm)
– 400 gram gerookt spek (dun gesneden)
– 1 dl witte wijn
– 150 gram boter
– 1 dl room
Bereiding:
De 16 buitenste bladeren van de savooikool ontdoen van hun nerven en krokant gaar koken in licht gezouten water. De rest van de koolbladeren eveneens ontdoen van hun nerven en daarna in een fijne brunoise versnijden.
De spruiten kuisen en eveneens krokant garen in licht gezouten water. In vier versnijden en krokant aanbakken in een mengsel van olijfolie en boter. Kruiden met pezo en kruidnoot.
Van het gerookt spek 16 sneetjes apart houden voor het oprollen van de koolrolletjes. De rest van het gerookt spek in een julienne versnijden.
Het Breydelspek ook in een fijne julienne versnijden. Het Breydelspek kort aanstoven tot het lichtjes bruin begint te worden.
De fijne brunoise van de savooikool aanstoven in een mengsel van olijfolie en boter tot de brunoise lichtjes begint te verkleuren. Er nadien de brunoise van het gerookt spek ondermengen, nog even laten stoven en nadien bevochtigen met de witte wijn. Verder laten garen op een zacht vuurtje tot bijna alle vocht verdwenen is. Er dan een gedeelte van het gebakken Breydelspek ondermengen.
De gekookte savooikoolbladeren beleggen met dit mengsel, oprollen en vastmaken met een sneetje gerookt spek. Net voor opdienen even aanbakken.
De aardappelen schillen, gaarkoken en pureren tot een licht smeuïge puree. Nadien één derde van de nog warme, gebakken spruiten ondermengen.
Eén ander derde bevochtigen met een weinig groentebouillon en fijn mixen.
Bordschikking:
In het midden van het boord een hoopje van de spruitenpuree storten. Hierop een rolletje van de savooikool schikken. Voor het torentje een streepje trekken met de spruitjessaus. Afwerken met enkele spruitjes en een weinig gebakken Breydelspek.